Het is 22.10 uur als ik dit typ. Ik had al minstens een half uur in dromenland willen verkeren. Maar ik werd ruw gestoord op mijn weg ernaartoe. Harm lacht me toe en denkt dat het een verhaaltje verdiend. Nu lig ik dus alleen nog maar aan een verhaaltje te denken. Ik kan niet eerder slapen. Dus hier is hij. Ik wil niet zeuren. Ik wil het echt niet. Maar ik doe het toch. Zo ben ik en zeker op sommige dagen.
Om 6 uur vanmorgen hoorde ik iets naast me fluiten, de wek-app van Harm. Het kan ook half 6 geweest zijn, het was in ieder geval geen fatsoenlijk tijdstip. Mijn wekker daarentegen ging om half 7 door merg en been. De snooze ook tot 3 keer toe. Gadver, het is weer maandag. En aangezien de woorden ‘opschieten’ en ’tjaptjap’ nog steeds niet in Lina’s woordenboek voorkomen, vertrekken we weer eens allerminst ontspannen. Ik dan, Lina heeft haar gordel nog niet om en heeft al een verzoeknummertje ingediend. De DJ heeft nog even geen spreekuur.
Ik duim namelijk dat ik stiekem toch over de afgesloten dijk kan scheuren. Dat laatste zit er niet in, het is een blubberboel, maar daar draait mijn terreinwagen haar wielen niet voor om. Dat scheelt weer een heel stuk om. Nu heb ik mijn hand vrij voor de aanvraag van Lina, Katy Perry met Days like this. Hoe toepasselijk. Lientje op school afgeworpen, door naar mijn werk. Uiteraard heb je dan een lamlul voor je rijden die stopt voor oranje. Kost me weer 5 kostbare minuten. Dan maar eens kiezen uit de 6 lipgloss in mijn tas. Je moet je tijd wel goed besteden.
Eindelijk binnengekomen ben ik zoals gewoonlijk de eerste op onze afdeling. Heerlijk. Half uurtje mails beantwoorden en dan met onze opleidingsgids in wording onder mijn arm naar de receptie. Er is nog wel een spreekkamer voor me vrij. Bij het openen van dit kamertje vraag ik me af welke bejaarde hier opgesloten heeft gezeten. Voor een jaar. Wat een muffe buft komt eruit zeg. Maar goed ik ben in een zeikbui, dus ik zet me erover heen. 2 uur lang lees ik teksten met termen waar een doorgewinterde ICT’er zijn tong bij aflikt. Of hoe ging dat spreekwoord ook alweer? Ik word er half dyslectisch van. Als je managment ziet staan, lees je erover heen, als je te snel gaat. Dus ik lees deze übersaaie teksten hardop voor aan de muur en ben helemaal gelukkig als ik een spelfout ontdek. Doe ik dit klusje niet voor niks.
Bij de tekstafbrekingen moet ik me inhouden om niet in mijn handjes te klappen zoals ooit geleerd af-bre-king-en. Je moet het toch een beetje leuk houden voor jezelf. Hopelijk heeft er niemand in het hok naast me een intake. Als ze me dan alleen naar buiten zien komen, snappen ze het geklap, gelach en gepraat niet. Of zouden ze het zich verbeeld hebben. Laat ze maar denken.
Om 11 uur zie ik de woorden dansen en trek ik me terug van dit feest. Op naar een vergadering over de plannen voor 2013. Het enige waar ik aan kan denken is, of ik nog ergens in mijn rommella een verdwaald keelsnoepje heb liggen. Het voelt aan alsof ik me eens lekker tegoed heb gedaan aan grof schuurpapier en dat nog ergens in mijn keel is achtergebleven. Had ik misschien net niet zo hard mijn teksten moeten zingen tijdens het klappen. Oké, dat heb ik niet echt gedaan, maar dat had mijn dag wel opgevrolijkt. Dan maar lunchen om 12 uur. Even lekker zeuren met mijn collega’s over de belachelijke prijzen voor kinderschoenen.
Bij terugkomst wachten er nog tal van leuke klusjes op me. De gids ga ik morgen mee verder, ben al op pagina 127 van de 200. Mijn collega ligt op dit moment met haar kont in Turkije en draait zich nog eens om, om zich in te laten smeren door een lekkere gespierde vent. Dan knipt ze met haar vingers voor een lekker cocktail. Ik knipper met mijn brandende ogen en zie alleen de tig aanmeldingen voor seminars en coachingsmiddagen. Ik neem dit van haar over. Mag ik fijn alle aanmeldingen uitprinten en in verschillende mapjes stoppen en alles handmatig in een exceldocument invoeren. Ik kopieer, typ en plak alsof het vreselijk belangrijk is en ga dan verder met een ander heuglijk taakte wat ze voor me heeft achtergelaten. Alle downloads verwerken. Na heel wat handelingen, kan ik ze eindelijk door SAP halen. De verwerkingstitel ervan heet: zucht. Need i see more? Je moet nl per persoon een lijst door om te kijken of ze niet al eens eerder iets hebben gedownload. Ik zeg mevrouw de vries en meneer Jansen, nog nooit van gehoord, maak maar een nieuwe aan. In welk tijdperk leef ik ook alweer.
Gelukkig heb ik nog heel veel andere leuke werkzaamheden te doen, maar helaas deze dag zit er alweer op. Manlief belt, hij werkt thuis, of hij al aan het eten moet beginnen. Ik sta met 1 been in de auto op weg naar de appie, maar als hij het over kan laten vliegen, stap ik graag in. Heeft hij nog tips, wat ik deze week op tafel kan zetten? Hij wil een zigeunersnitzel. Hij maakt een grapje zeker. Niet dus, dat eet hij nooit. Dat klopt. En ik ben een goede vrouw, dus ik ga op zoek. Ha, ze zijn in de bonus. Wat heb ik toch een mazzel vandaag. Ernaast liggen wienersnitzels, bedoelde hij nou die? Ze zien er allebei ranzig uit, eens lezen wat voor vlees het is. Gemalen stukjes varkensvlees aangelengd met water. Ik maak geen grapje. Zijn er echt mensen die hier trek van krijgen? Ik trek waarschijnlijk een heel vies gezicht, want de man naast me kijkt verbaasd dat ik het toch in mijn kar leg. Ik mompel iets van ‘liefde, man, maag’ en haast me naar het vegetarische vak. Doe mij maar een samengeperste groenteburger.
Na het afrekenen (overbodig om te zeggen dat ik de verkeerde kassa koos), haastte ik me naar buiten. Ik voel me zo brak, wil naar huis. Mijn kar waait uit mijn handen en er zit echt veel meer in dan het zojuist beschreven (nep)vlees. Met coupe windhoos stap ik in de auto. Zou ik terug ook over de afgesloten weg kunnen? Shit, er staat een graafmachine voor, dus rij ik toch maar om en breng daarbij bijna zo’n mannetje met oranje hesje om het leven. Lekker bijdehand om precies om de hoek in een bocht een steen op je hurken te gaan bekijken en op je gemakje weglopen, terwijl ik de hoek om kom.
Gelukkig word ik thuis verwelkomd door mijn kleine kwijlende ventje. Met zijn armpjes om mijn nek vergeet ik even deze dag. Mijn man gaat de concurrentie aan met mij qua wallen en vertelt over zijn dag. Laten we het erop houden dat hij lijkt op de mijne, met het verschil dat het water hem in de mond loopt bij de aanblik van zijn schnitzel. Na het eten maakt hij de fout om te denken dat hij rustig tv kan kijken. Lina springt bijna bovenop hem, want hoera er staat een scherm aan. Luc doet graag mee en laat daarbij een lekker aroma achter. Hij maakt ook geluid voor 10 en ik kijk naar de klok. Nog even doorbijten Joyce.
Als ze op bed liggen besluit ik niet teveel te doen. Ik mail wat voor Hart & Huis en ga naar de woonkamer. Die lijkt nu een grote speelplaats. Ik duik Luc zijn speelhoek in en zoek alles uit, richt het in met zijn nieuwe wagenpark. Opgeruimd staat netjes. Niemand die het ziet als er iets in de kliko verdwijnt. Het is 10 over 9, zal ik? Helemaal trots met mijn besluit lig ik om half 10 onder de vicks en de dekens. Ik negeer het geploink naast me. Zal de iPad wel zijn. Ik kijk mijn kast in en bedenk me wat ik morgen aan zal trekken. Dan probeer ik te ontspannen en te gaan slapen. Ik hoor de trap. Harm om de hoek, slaap je al? Ik doe even het licht aan en pak mijn kleren voor morgen. Grrr.
Ik hoor wat zoemen. Ja hoor, zijn laptop gaat open. Even een serie kijken, laatste aflevering, heel spannend, krijg ik te horen. Kom eens in mijn hoofd kijken, das pas spannend. Ik draai me om en knijp mijn ogen dicht. Toch zie ik het felle licht. Als ik op het scherm kijk, zie ik een slap aftreksel van Jaws voorbijkomen. Ik kan niet meer slapen. Waar is die iPad? Ik zal hem eens goed benutten…
Wat vind jij van deze blog?