Heb ik je al eens verteld over mijn sportieve vermogen? Nee? Dat zal dan wel komen, omdat dat ontbreekt. Ik heb geen gen wat blij wordt van (het idee dat ik moet) bewegen. In de buurt van anderen. Dat is natuurlijk ook nog een dingetje. Zweten haat ik ook. Behalve als ik naar de sauna ga en me daarna door een lekkere masseur onder handen laat nemen en zijn handen mijn zweterige lichaam laten ontspannen. Als mijn zweet doordrenkt is met lekkere olie, duik ik met alle liefde in een zwembad waar ik een beetje ronddobber. Ook zwemmen is teveel moeite. Ik heb vroeger aan wedstrijd zwemmen gedaan. Je verslikt je in je drinken? Logisch. Dat deed ik ook na alle happen chloorwater. Maar mijn broertje zat er ook op, dus als volgzaam schaap ging ik gemakshalve mee. Je werd dan ingedeeld in een leeftijdscategorie. Mijn eerste keer werd ik al gelijk tweede. De keren erop ook. Er zaten namelijk maar twee meisjes in onze categorie; Yvette en ik. Yvette was vast heel lief, maar zag er reusachtig uit in haar zwarte badpak. Ik visualiseer er ook een zwarte duikbril en strakgetrokken knot onder een badmuts bij. Dit beeld kan ook later ontstaan zijn, sinds ik in een bijbelbelt woon. Anyway, walvis Yvette zat al een jaar langer op het wedstrijd zwemmen en won dat jaar van zichzelf. Daarna won ze steevast van mij. Met mijn sprieten-armpjes had ik net genoeg kracht om te blijven drijven en proestend de nooduitgang in de gaten te houden. Ik HAAT ook het gevoel van een nat lichaam (wat meurt naar de chloor) in een broek wurmen. Of erger nog, een maillot. Die kriebelde en prikte en kreeg je met geen mogelijkheid omhoog in dat kleine kut badhokje. Het aankleden duurde langer dan het zwemmen zelf. Om vervolgens met natte slierten haar (horror) in je nek naar huis te fietsen. In de winter.
Oké, je hebt een beeld. Wil je ook nog dat ik vertel over Hapkido? Een zelfverdedigingssport waar mijn overbuurmeisje op zat. Haar vader was politie agent en logisch dat hij het mooie meisje zichzelf wilde laten verdedigen. Ik ging ook een paar keer mee. Een beetje hetzelfde verhaal als bij het zwemmen. Ik moest standaard sparren met Siem. Zie je bij die naam ook gelijk een Barbapapa van een kerel voor je, met bierbuik, fluizig haar en handen als kolenschoppen? Nou dit was zijn zoon. Probeerde ik mijn saté prikker armpjes ongebroken te laten, door zacht een tik uit te delen, had Siem no mercy. Hij ging standaard met zijn volle gewicht op mij liggen. Paars aangelopen probeerde ik mijn vingers onder hem vandaan te priegelen om af te kloppen. Zelfgenoegzaam slaakte Siem The Killer dan een kreet en rolde zich van mij af. Ik denk dat ik welgeteld vijf keer ben geweest. Langer had mijn gezondheid geschaad. Ik had hier dan nu niet gezeten.
Op de middelbare school gingen de meiden op Street Dance en jazz ballet. Het verschil weet ik niet, maar ik werd meegevraagd naar jazz ballet. Ik heb het volgehouden tot na de eerste uitvoering en toen vond ik het welletjes geweest. Om in een synthetische legging ritmisch proberen te dansen; niet mijn ding. Ging iedereen links, ging ik steevast rechts. In het dagelijkse leven al, maar met jazz ballet viel het extra op. Omdat ik dan rustig mijn buurvrouw een elleboog gaf. Mijn lompheid werd ook tijdens het gymmen op school niet gewaardeerd. Moesten we met -13 buiten in een korte broek voetballen (wie verzint dat?). Gelukkig werd ik niet als laatste gekozen. Mijn lieve vriendinnetje koos mij gewoon, ondanks dat ze wist dat we nu gingen verliezen. We speelden ook nog eens tegen een topvoetbalster. Dit kleine opdondertje vloog als speedy gonzales over het veld. Mét bal, hé. Toen ik haar zag naderen, wilde ik ook laten zien dat ik meedeed en probeerde de bal bij haar weg te schoppen. Met mijn grote platvoet trapte ik vol op haar enkels. Ze werd gelanceerd en bleef vervolgens kreunend in het veld liggen. De bal had ik geenszins geraakt.
Ook op latere leeftijd maak ik grappen als ‘winkelen is ook een sport’. Topsport wel te verstaan. Een dag lang lopen, niks eten en gewicht heffen met talloze tassen. Ik zie het een gemiddelde man niet doen. En soms probeer ik het wel eens, dan ren ik 3 maanden hard en slaat de bloedarmoede me gewoon weer terug op de bank. Waardoor ik het hardlopen niet meer hervat. Op de crosstrainer dan, ik begin heel fanatiek, maar het kost me teveel tijd. Die ik liever besteed aan het schrijven van mijn blog. Tsja, het is keuzes maken.
Lina wilde wel graag gaan sporten of ‘iets doen’. Met name omdat anderen dat ook doen. We dachten na over iets wat bij haar paste. En vonden musical les. Zo kon ze leren dansen, acteren en zingen. Is goed voor haar creativiteit, sociaal bewustzijn en zo was ze bezig met de dingen die ze leuk vindt. Naast een godsvermogen, kostte het hogere wiskunde om haar op les zien te krijgen (een mens moet nu eenmaal werken) en haar daar weer op te halen, maar dat mocht de pret niet drukken. Lina heeft haar zelfvertrouwen niet van mij, want zij denkt zelfs zonder enige les mee te kunnen doen met The Voice Kids. Een beetje talent of oefening zou toch echt handig zijn, dus ging ze met veel plezier naar de lessen. Na haar eerste uitvoering (en einde van het seizoen) hoor ik haar verzuchtten ‘ben blij dat het voorbij is’. Daar kreeg ik spontaan diarree van.
Het duurde dus weer even voordat ik mee ging in het verhaal ik-wil-op-streetdance-want-iedereen-zit-daar-op. Nou vonden we het in het begin lastig om Lientje ergens te laten sporten, want straks was ze helemaal ingeburgerd en dan verhuisden we. Na 3 jaar hebben we dat idee maar los gelaten. Maar de streetdance was op woensdagmiddag van 18.00-19.00 uur. Wat een onchristelijke tijd, zelfs voor een heidense. Sorry hoor, maar wij eten dan gewoon. Dus het antwoord was nee. Ik taxi al genoeg, maar niet onder etenstijd. Alsof Lina zich tot God had bekeerd en de goden haar goed gezind waren; de tijd werd verzet. Om 4 uur kon ik haar brengen in Giessen. Op een of ander bedrijventerrein. Harm heeft daar ook wel eens een blauwe maandag zijn zweet laten vloeien. Ik ben toen voor de grap weleens mee geweest, want ze bleken daar een zonnebank te hebben. Het enige wat ik daarvan herinner is dat die in een keuken stond. En zo’n bruin rieten stoeltje voor je kleding. En Harm sportte volgens mij in een soort woonkamer met groene vloerbedekking. Nou, daar zou Lina dus gaan dansen.
Ik was er zelf nog nooit naartoe gereden, dus het adres ging in de TomTom en Harm had me al grofweg uitgelegd hoe ik er moest komen. Gelukkig ging ik ruim op tijd weg, want ik heb uiteindelijk het hele bedrijventerrein rondgecrosst met het zweet op mijn bovenlip. Ik haat te laat komen. Én zweten, dus ik werd steeds chagrijniger. Ik belde de sportschool op ‘waar zitten jullie in godsnaam?’. Ik kreeg een halfbakken uitleg (van een man, need I say more?) en reed weer terug naar het begin. Daar was nummer 1 en aan de overkant nummer 2A. Ik moest zijn op nummer 2, dus Tom Tom bleef maar herhalen dat ik mijn bestemming had bereikt. De stoom kwam ondertussen uit mijn oren. Gelukkig stond ik voor de brandweer. Zwaar geïrriteerd belde ik die ballentent weer op ‘ik sta nú voor de brandweer en ik hang pas op als ik bij jullie ben’. Ik moest nog een stuk tuffen, hoekjes en bochtjes om en daar zaten ze dan, verstopt achter een half bos. Eenmaal binnen bij dit woonhuis achtige gebouw, sta ik voor een soort receptie. Er hangt een laaf boven en volgens mij zie ik rechts een biljart in een kamer. Ik krijg weer flashbacks van mijn zonnebank ervaring. This is the place. Niemand te bekennen. Mijn vinger blijft plakken op de bel. Links gaat uiteindelijk een deur open. De man veegt zijn handen af en komt dus blijkbaar van de wc. Hij geeft mij een hand (iewh) en stelt zich voor. De les begint zo, dus ik wil gewoon gauw de knippenkaart voor Lina afrekenen. Blijkbaar kun je hier niet pinnen. Uiteraard. Stom van mij. Maar het voordeel van zo’n provisorische tent is dat ze het prima vinden als je dan de keer erop pas betaald. Welke volgende keer?
Ik volgde de meiden de trap op en verbaasde me over de vloerbedekking overal. De vele gangen en deuren. Het kleurenpalet? Groen en geel, afgetopt met een toefje oranje. Even serieus, vloerbedekking en strepenbehang in een sportschool? Beelden en stoffige nepplanten? Mocht ik het al overwegen, no way dat ik hier zelf ooit ga sporten. Ik hou van wit, strak en clean. Gelukkig ziet de danszaal er lekker ruim uit. Met veel spiegels en een glitterbol. Lina is tevreden. En komt helemaal blij terug van dansles. Ze laat thuis haar moves zien. Ze is al net zo flexibel als haar ouders en ik glimlach. Ze doet me aan iemand denken…